HEERHUGOWAARD - Op zondag 16 mei 2021 mocht Jorn Berkhout zijn officiële eredivisiedebuut maken tijdens de wedstrijd AZ – Heracles Almelo (5-0). De 19-jarige centrale verdediger begon zijn loopbaan ooit op de velden van v.v. Reiger Boys. Na enige jaren in het geel-zwart te hebben gespeeld wist de talentvolle Heerhugowaarder in 2013 via de AZ Voetbalschool een plekje te bemachtigen in de jeugdopleiding van zijn favoriete club alwaar hij dit seizoen mocht debuteren in zowel Jong AZ als AZ 1.
Wij spraken met Jorn Berkhout bij zijn voormalige club alwaar hij tevens een wedstrijdshirt overhandigde aan voorzitter Dick Kuijl de Heerhugowaardse club. Deze zal een mooi plekje krijgen in de toekomstige “Wall of Fame” van Reiger Boys. Kuijl is dan ook trots op de prestaties van Berkhout. “Iedere speler is belangrijk voor de club, van jong tot oud, maar als je zoals Jorn je droom weet waar te maken dan zijn wij daar als club natuurlijk ook enorm trots op. Komend seizoen willen wij hier in de kantine een soort eregalerij maken waarin naast het shirt van Jorn ook die van Wesley Hoedt en Stefanie van der Gragt komen te hangen.” Wellicht gevolgd door het shirt van Kenzo Goudmijn want ook die AZ-er, komend seizoen verhuurt aan Sparta, komt bij Reiger Boys vandaan.”
Hoe voelt het om weer terug te zijn op De Wending?
Jorn lachend: “Terug op het oude nest, nee hoor zo voelt het helemaal niet. Ondanks dat ik al acht jaar weg ben kom ik hier nog regelmatig. Soms zelfs om even een balletje te trappen met wat vrienden. Ik ben hier inderdaad al op zeer jonge leeftijd begonnen bij de kabouters. Volgens mij was ik zelfs pas vier toen ik hier tegen bal aan begon te trappen. Daarna ben ik doorgegaan naar de F-jes (tegenwoordig O9) en de E-pupillen (011).”
Heb je nog mooie herinneringen aan die tijd?
“Zeker, een van de leukste dingen vind ik toch wel dat ik drie keer heb mogen meedoen aan het Internationale Toernooi wat hier jaarlijks werd gehouden. Het eerste jaar met de E3 omdat er een team had afgezegd en vervolgens nog twee keer met de E1. Er zullen niet veel spelers zijn die dat kunnen zeggen. Het Reiger Boys International Youth Tournament was echt iets groots in de regio en ik vond het geweldig om mee te maken.”
De overstap naar de D (013) heb je nooit gemaakt want toen klopte AZ al op de deur?
“Klopt, in mijn laatste jaar in de E1 werd ik samen met nog een paar jongens van Reiger Boys uitgenodigd voor de AZ Voetbalschool. Dat betekende dat ik gewoon trainde en speelde bij Reiger Boys en op zondag nog een extra training deed bij de voetbalschool. Dat was eigenlijk een soort afvalrace waarbij naarmate het seizoen vorderde steeds meer jongens afvielen. Net voor de laatste training, ik was met mijn vrienden aan het ballen op het schoolplein, werd mijn moeder gebeld door de toenmalige Hoofd Opleidingen Aloys Wijnker. Zij is vervolgens naar het schoolplein gekomen om mij te vertellen dat ik het jaar daarna zou instromen bij AZ Onder 12. Dat moment zal ik nooit vergeten. Ik ging ook helemaal uit mijn dak. Vroeger ging ik al met mijn vader naar het stadion om AZ te zien spelen en nu mocht ik er zelf deel van uitmaken. Echt een jongensdroom”
En dan moet je die droom waarmaken?
“Absoluut, en daar heb ik ook alles aan gedaan. Toch is het elk jaar in april wel weer spannend als bekend wordt gemaakt welke jongens door mogen, maar daar ben ik altijd goed doorgekomen en zo de gehele jeugdopleiding doorlopen. Op het moment dat ik in de O17 terecht kwam volgde vervolgens een nieuw hoogtepunt met het tekenen van mijn eerste contract. Dat gebeurde in het stadion en op dat moment voel je datje weer een stap dichterbij je uiteindelijke doel bent.”
En dat gevoel werd dit seizoen versterkt door dat je niet één keer, maar zelfs twee keer je debuut mocht maken. Ook dat is niet voor iedereen weggelegd?
“Bizar, maar ook heel mooi. In het begin van het seizoen speelde ik nog twee wedstrijden in AZ onder 18 waar ik eigenlijk dit seizoen voor zou uitkomen. In oktober mocht ik echter aansluiten bij Jong AZ en kreeg ik thuis tegen MVV mijn eerste invalbeurt in de Keuken Kampioen Divisie. Sindsdien ben ik er eigenlijk niet meer uit geweest en totaal heb ik 23 wedstrijden voor Jong AZ gespeeld. Ik merkte ook aan mezelf dat ik mij zowel fysiek als mentaal aan het ontwikkelen was en voetballend ging het prima dus de trainer had ook geen reden om mij eruit te halen.”
De ultieme beloning voor die ontwikkeling volgde een maand geleden?
“En wederom een droom die uitkomt. Ik had al eerder mijn officieuze debuut gemaakt in een oefenwedstrijd tegen ADO Den Haag tijdens een interlandperiode. Door personele problemen mocht ik de laatste weken van de competitie meetrainen en hoewel ik merkte dat de intensiteit een stuk hoger lag voelde ik ook dat ik mee kon komen. In de uitwedstrijd tegen FC Groningen zat ik al op de banken een week later tegen Heracles Almelo weer. In de 83e minuut mocht hij uiteindelijk invallen voor Fredrik Midtsjø. En toen flitste er weer heel veel door mijn hoofd bijvoorbeeld van de tijd dat ik hier zelf nog als kind op de tribune zat. Natuurlijk is het wel jammer dat er door corona geen publiek bij mocht zijn, maar het maakt mij niet minder trots. Uiteindelijk viel het met de zenuwen wat dat betreft dan ook nog wel mee.”
En wat moet de toekomst brengen?
“Ik heb er aan geroken dus dan wil je meer, maar ik besef ook dat ik nog jong ben. Als ik komend seizoen een vaste waarde ben in Jong AZ en regelmatig kan aantikken bij het 1e denk ik dat ik het goed doe, maar als de kans zich voordoet om vast bij het AZ 1 te komen zal ik daar zeker vol voor gaan. Uiteindelijk wil ik mij doorontwikkelen en binnen twee jaar een volwaardige Eredivisie-speler worden en wat de toekomst daarna brengt zullen we stap voor stap zien.
Komt Oranje ook voor in die toekomst?
“Ik hoop het, al is dat niet aan de orde op het moment. Ooit ben ik bij de Onder 17 wel een uitgenodigd vanuit Zeist, maar door corona zijn er de laatste twee jaar nauwelijks interlands gespeeld bij de jeugd. Ik moet bovenal de focus houden op mijn ontwikkeling en op AZ en als de kans ooit komt zal ik die zeker met beide handen aangrijpen.”